|
Van kerkhof naar begraafplaats
Van oudsher kregen overledenen eeuwenlang een laatste rustplaats op een begraafplaats rondom een kerkgebouw, dat was immers gewijde grond. Zo'n begraafplaats kreeg de toepasselijke naam 'kerkhof'. Dat gebeurde ook in Barendrecht.
De aanzienlijkste personen uit een dorpskergemeenschap echter, zoals dijkgraven, schouten, predikanten en rentmeesters, werden op hun verzoek en tegen een flinke betaling binnen in de kerk begraven. Een plaatsje dicht bij het altaar had daarbij de voorkeur. Ook in de Barendrechtse Dorpskerk werden de nodige notabelen begraven.
Op grond van een besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 1827 mocht er niet meer in de kerken begraven worden en dienden nieuwe kerkhoven buiten de bebouwde kom te worden ingericht. Van die laatst genoemde verordening kon een gemeente met meer dan duizend zielen vrijstelling aanvragen.
|
|
|
De gezamenlijke gemeenteraden van Oost- en West-Barendrecht dienden in 1828 een verzoek in om het kerkhof rondom de Dorpskerk wel te mogen handhaven. Dat verzoek werd gehonoreerd. Vanaf dat moment ging het beheer van het kerkhof over van het kerkbestuur naar de gemeente. Ruim veertig jaar later, op 1 juni 1871, werd het kerkhof buiten gebruik gesteld en werd er vanaf dat moment begraven op de begraafplaats aan de Scheldestraat.
In 1910 bood het kerkbestuur aan om het westelijke deel van het kerkhof te verkopen aan de gemeente voor een bedrag van 600 gulden. De gemeente zocht namelijk grond om drinkwaterboringen te doen. Op 1 maart 1911 besloot de gemeenteraad tot aankoop van dit perceel. Later werd besloten om op dat perceel de watertoren te bouwen. Op de tekening ligt dat perceel ten westen van de lijn A - B. Tevens is op de tekening is tevens aangegeven welke ruimte er was gereserveerd voor eerste klas, tweede klas en derde klas graven. Zoals te zien was de grond waar de huidige kerktuin is gelegen ooit gereserveerd geweest voor derdeklas graven.
|
De graven in de kerk
De oudste grafzerk dateert uit 1584 en is van Sebastiaen Laurens, Dijkgraaf van West-Barendrecht en Carnisse. Op deze grafzerk staat het volgende: Hier leit begraue sebastiaen / Lovwens z dijckgraue va- WestBaerendrecht en-carnis sterf den XXVc Julius ao LXXXIIII VDALEM GRAF . Daarbij staat een wapen afgebeeld met drie ketelhaken naast elkaar. Zie foto hieronder.
De laatste vermelding op de nog bewaard gebleven zerken dateert van 1820, maar tot in 1828 werd nog in de kerk begraven.
Bij de restauratie van 1960-1962 moest de vloer worden opengebroken om de fundering van de kerk te renoveren. De grafzerken werden tijdelijk verwijderd en de nog resternde stoffelijke resten werden verzameld in een kist. Helaas is er voor de restauratie geen tekening en inventarisatie gemaakt van de zerken. Daardoor is het lang niet zeker dat de zerken op hun oorspronkelijke plaats liggen. Ook werden er restanten van zerken elders gebruikt in de vloer van de kerk en bij de bestrating van de toenmalige concistoriekamer. Met de bouw van De Ontmoeting zijn die waarschijnlijk verloren gegaan.
In de Dorpskerk resteren nog 57 grafzerken, betreffende 110 personen. Aan de voet van de zuidgevel zijn nog een drietal grafzerken in het grasveld blijven liggen.
Alle grafzerken zijn zoveel mogelijk de inventariseerd
Er is in 1987 een boekje verschenen van de hand van de Barendrechter A.M. Overwater. Dit boekje getiteld 'Memorieteksten' is misschien nog via het antquariaat verkrijgbaar. Een exemplaar is ook aanwezig in de collectie van de Historische Vereniging Barendrecht. Sinds enige tijd is er ook online een opsomming van de grafzerken beschikbaar. >> Lees verder.
|
De huidige ligging van de zerken en de oudste zerk
|
bron: dhr. A. M. Overwater
|
|
Grafzerken in het jubileumboek
Een van de auteurs van het jubileumboek 'Vijf eeuwen Dorpskerk' is mw. Emmar van Duin, die een hoofdstuk heeft verzorgd over de historische grafzerken die in de Dorpskerk bewaard zijn gebleven. Zij is gespecialiseerd in het beschrijven van begraafplaatsen, grafmonumenten en dergelijke, vanuit een cultuur historische benadering. Mw. van Duin heeft geen complete beschrijving van alle zerken gemaakt, maar heeft inzoomd op een aantal bijzondere exemplaren. Daarbij is tevens het nodige gepubliceerd over de betreffende personen die er in de zestiende en zeventiende eeuw begraven werden in de kerk. Op deze webpagina zal mw. Van Duin in de komende tijd enkele bijdragen leveren over dit interessante aspect van het oudste monument van Barendrecht.
|
Op zoek naar voorouders . . .
Van tijd tot tijd komen er bezoekers naar de Dorpskerk die op zoek zijn naar hun voorouders. Zo ook afgelopen week. Een familie uit Piershil met de bekende Barendrechtse naam Andeweg wilden een bezoek brengen aan de grafzerken van hun voorouders, die in de Dorpskerk nog aanwezig zijn. Het ging in dit geval om broer en zus Arie en Maartje Andeweg, alsmede de zoon en kleinzoon van Arie: Arjan en Dani Andeweg. Kerkrentmeester Simon Hoek heeft ze ontvangen en de tien (!) grafzerken getoond van hun voorouders die in de kerk nog aanwezig zijn. Voor de geschiedbeschrijving kon hij dankbaar gebruik maken van het jubileumboek 'Vijf eeuwen Dorpskerk', waarin die grafzerken zijn beschreven. Met hun instemming werd er van de drie generaties een foto gemaakt bij de mooiste grafzerk uit de kerk, die van Hendrick Aenwegh en Adriaantje Franke de Vos. Na afloop kreeg de kerkrentmeester een gift toegestopt voor de Vrienden van de Dorpskerk, ten behoeve van de restauraties in de toren. 14.11.19 |
|
|
|